Deel 2. Visie seizoen in melkveehouderij
De meest gestelde vraag naar aanleiding van het vorige blog over nieuwe waardenoriëntatie was: mooie gedachte, maar hoe krijg je in deze tijd de sector en boeren in beweging naar een meer duurzame (melk)veehouderij? De tijd waarin de druk op de sector groot is, de samenleving kritisch is en boeren de handen vol hebben aan alles wat al moet.
Het ‘Waarom’ en ‘Hoe’ van Nietzsche
Een bekend citaat van Nietzsche is: als “mensen ‘weten’ en ‘voelen’ waarom, dan kunnen ze elke hoe de baas”. Dit herkennen we bij onszelf, als je iets doet vanuit je passie of betekenis, dan gaat het ‘hoe’ vanzelf. Binnen de melkveehouderij wordt duurzaamheid veelal gevoeld als een ‘moeten’, vaak van buitenaf opgelegd (overheid, coöperatie, markt). Het wordt dan trekken en duwen om boeren in beweging te krijgen. Dat is het beeld van het duurzaamheidsbeleid van de afgelopen jaren. Er wordt hard gewerkt aan doelen, instrumenten en programma’s, waarmee ook stappen zijn gezet. Maar het kost veel tijd en energie, de echte flow ontbreekt.
Bewegen vanuit (meer)waarden
De kunst om mensen te bewegen is verandering te verbinden aan onderliggende (meer)waarden namelijk economische meerwaarde (winst, opbrengst, waardecreatie), maatschappelijke meerwaarde (betekenis, waardering, bijdrage) en persoonlijke meerwaarde (plezier, persoonlijke ontwikkeling, trots, zingeving, continuïteit). Wanneer het ‘waarom’ en het ‘hoe’ (je aanpak) is verbonden aan een mix van deze drie (meer)waarden, dan gaat het bewegen en veranderen gemakkelijker. Dan ontstaat een beweging met meer ruimte voor creativiteit, plezier en innovatiekracht.
Duurzaamheid als meerwaarde
Een succesvol duurzaamheidsbeleid moet in de aanpak een appel doen op de meerwaarde van duurzaamheid voor boeren. Dit in de zin van boeren-winst, boeren-waardering en boeren-welzijn. Dan is duurzaamheid geen moeten meer, maar gaan we met duurzaamheid waarde creëren in termen van economische waarde (euro’s, meerwaarde, marktpositie), maatschappelijke waarde en waardering (goed voedsel, mooi landschap, schone lucht etc.) en geeft het invulling aan persoonlijke ontwikkeling en zingeving van boeren (trots, vakmanschap, continuïteit).
Dat het kan werken, zien we aan de aanpak van weidegang. De weidemelk wordt met extra opbrengst in de markt gezet (met ondersteuning van weidepremie), consumenten vragen om weidemelk, boeren krijgen waardering voor de bijdrage aan het landschap én weidegang geeft invulling aan een nieuw vakmanschap en trots van de boer. De ideale mix om in beweging te komen.
Het kan ook voor andere thema’s als klimaat, natuur, water en bodem. Als je in het ‘waarom’ van duurzaamheid de drie (meer)waarden centraal stelt, dan kom je tot een andere ‘hoe’ en een andere aanpak. Dat vraagt wel om een meer creatieve en slimmere aanpak in het duurzaamheidsbeleid.
Een mooie uitdaging voor succesvol duurzaamheidsbeleid als onderdeel van de visie op de melkveehouderij.
René
Volgende week deel 3 van visieseizoen in de melkveehouderij: visie en leiderschap.
Mooi geschreven! En ik denk ook dat het zo werkt. Uw blog wekt, evenals de vorige keer de indruk over de veehouderij te gaan. Maar het is natuurlijk universeel, ik als akkerbouwer met passie voor plantenteelt (voedselproductie) voel de verwevenheid met (akker-) natuur. Dat laten zien(delen met burgers) oogst waardering en geeft mij voldoening. Alle reden ook voor akkerbouw een moment van herbezinning; een 2e Mansholt moment, zoals u dat in vorige blog beschreef. Nu maar hopen dat dit besef neerdaalt bij boer, burgers, politiek….GLB, en er wat mee gaan doen.
LikeLike